Werklust
Wie wel eens in Corfu Stad is geweest, heeft zich wellicht verbaasd over de tomeloze energie en inzet van de plaatselijke middenstanders om een groot deel van hun winkelvoorraad elke dag weer naar buiten te slepen en voor hun winkel uit te stallen, op te hangen, te draperen en te stapelen. De gedachte die mij na zoveel jaren nog steeds bekruipt, is dat de hele santekraam ’s avonds laat weer naar binnen gezeuld moet worden. Om het hele zaakje ’s morgens vroeg, een paar uurtjes later dus, weer alles naar buiten naar buiten te brengen.
Als nijvere mieren zijn de Corfiootse middenstanders elke dag bezig hun winkelpui aan het zicht te onttrekken door elk shirtje, jurkje, broekje, topje of petje dat de collectie herbergt, buiten op te hangen, of het kunstig tot gigantische hoogten opstapelen van flessen ouzo, kumquats, of andere bij voorkeur alcoholische versnaperingen in breekbare verpakking. Alle koopwaar wordt in verbazingwekkende hoeveelheden naar buiten gedragen en tentoon gesteld, alwaar het tot tevredenheid van de ondernemer de hele dag in de zinderende hitte kan blakeren. Ook groente, fruit en andere bederfwaren, rubbereenden en strandballen, eau de cologne en aftershaves, zonnebrillen en duikbrillen, zwembanden en luchtbedden, kortom: alles waarvan men denkt dat er enige begeerte naar uit gaat, wordt rijendik, stapelsdik en lagendik aan de keurende blikken van de toeristen prijs gegeven.
Het lijkt de Corfiootse winkelier in eerste instantie dan ook te gaan om de hoeveelheid van het product, niet om de kwaliteit op zich. Volgens mij is het idee erachter: we hebben genoeg, komt u gerust binnen en voelt u zich vooral niet bezwaard om iets te kopen.
We hebben de proef eens op de som genomen en zijn een textielwinkeltje binnengelopen – na ons langs enorme stapels T-shirts met vrolijke dessins gemanouvreerd te hebben vonden we na enig zoeken de ingang – en wat bleek? Het klopte, want binnen stond nog veel meer. De eigenaar werd bijna aan het oog onttrokken door reusachtige hoeveelheden jurkjes met bloemenmotief en vrolijke badhandoeken met nooit vermoede kleurencombinaties.
Op mijn vraag of het T-shirt met als opschrift Hard Rock Cafe Corfu ook in mijn maat aanwezig was, keek hij even bedenkelijk in mijn richting (hij leek te denken: moet dat daarom heen?), maar al snel kwam hij via een voor ons onzichtbare doorgang op ons af en begon verwoed een stapel shirts omver te trekken, daarbij niet gehinderd dat er enkele andere stapels als een domino-effect omvielen.
Gelukkig bevond zich een passend shirt in de stapel – ik kreeg er ongevraagd nog een bijpassende pet gratis en voor nop bij – want ik had het geen stijl gevonden om zonder iets te kopen de winkel weer te moeten verlaten. Hij had er tenslotte zoveel moeite voor gedaan.
Nu we het toch over winkeliers hebben…
verbazen wij ons ook over het lokatiebeleid op Corfu. Enerzijds bestaat er soms niet veel variatie in het aanbod van goederen door verschilende aanbieders. Het is op Corfu niet ongebruikelijk om 2 of meer winkeltjes pal naast elkaar te vinden die precies hetzelfde assortiment hebben. Dezelfde shirts met opschrift, identieke zwembandjes en in niets van elkaar verschillende zonnebrillen kunnen op 20 vierkante meter door twee of meer verschillende ondernemers aangeboden worden.
Een ander beeld dat wij in Nederland niet snel tegen komen is de frequentie waarmee ondernemers zich bij elkaar in de buurt vestigen. Ik meen me zelfs te herinneren dat het in Nederland beleid is om niet binnen een straal van een aantal kilometers eenzelfde nering als een reeds gevestigde ondernemer te starten, maar daar heeft de Corfiootse winkelier terecht geen boodschap aan. Daarom is het hier niet vreemd om in een redelijke winkelstraat een juwelier, een textielwinkel, een restaurant, een souvenirshop, een bar en een supermarkt te vinden en dit cluster zich vele malen te zien herhalen. Het is niet uitzonderlijk om binnen een straal van 100 meter drie juweliers, acht restaurants, zeven supermarkten, vijf souvenirshops en zes textielwinkeltjes te zien, die ook nog eens allemaal hun spullen bij dezelfde groothandel betrekken, wat de variatie niet ten goede komt.
Verder is het grappig te zien dat er vaak op heel afgelegen plaatsen, winkeltjes of restaurants te vinden zijn. Ook op sommige onherbergzame plekken word je soms plotseling geconfronteerd met een modern juwelierszaakje of een auto- en scooterverhuur.
Ik kwam eens in een streek waarvan de mannelijke bewoners alleen dierlijke geluiden uitstootten en hun vrouwen nog met takkenbossen op de rug liepen, maar waar ondertussen wel een enorme supermarkt opgetrokken was tussen de rotsen.
In een andere onherbegzame streek reden wij eens een benzinestation voorbij dat langs de A4 niet misstaan zou hebben. Een bijzonder fenomeen.
Klantvriendelijk en service gericht
Mijn vrouw en ik hebben eens een computerzaakje bezocht op een plaats waar electriciteit nog maar net geïntroduceerd was, en we werden door de dame achter de kassa dan ook met de nodige egards ontvangen. Aan de laag stof die over het interieur lag was te zien dat we waarschijnlijk de eerste klanten in een paar maanden waren.
Ik viel niets vermoedend met de deur in huis en vroeg of ze ook diskettes verkocht, maar ons werd eerst verzocht op twee uitnodigende stoelen plaats te nemen, terwijl zij koffie voor ons inschonk. Toen we eenmaal achter ons bakkie zaten, ging zij aan de andere kant van haar bureautje zitten, vouwde haar handen en knapte even met de vingers, plooide haar gezicht in een brede glimlach en vroeg waarmee zij ons kon helpen. Toen ik mijn verzoek herhaalde, namelijk dat ik een diskette wilde hebben, liep ze aarzelend naar een rekje met inktcartridges – waar toch ook enkele gangbare exemplaren bij zaten – en vroeg of ik kon aanwijzen welke ik wilde hebben. Ik probeerde uit te leggen dat ik een diskette zocht en geen cartridge en toen maakte ze met een gebaar dat de hele winkel omsloot duidelijk dat ik vrij was te zoeken naar wat ik begeerde.
Dat maakte het zowel voor haar als voor ons gemakkelijk, want na enig zoeken tussen zowel nieuwe machines als antieke onderdelen vond ik in een rekje met daarop Camelreclame een aantal vergeelde doosjes TDK-diskettes. Ik vroeg haar of het mogelijk was dat ik één diskette kocht, daar ik er maar één nodig had om mijn e-mail op te slaan en mee te nemen naar het internetcafé. Ai, dat wist ze niet zeker! Daarover moest ze even met haar baas bellen. Zo gezegd, zo gedaan.
Na een gesprekje van vijf minuten – dat op een toon ging van: leg jij het ze uit? – legde ze de telefoon neer en met een bedrukt gezicht verontschuldigde ze zich dat de diskettes alleen per doosje van 10 verkocht mochten worden. Ze was waarschijnlijk bang dat haar enige klant van die dag ook nog eens zonder iets aan te schaffen het pand zou verlaten, want ze vertelde er gelijk bij dat ze wel een speciaal prijsje kon maken. Toen ik toestemde begon ze op een rekenmachine allerlei ingewikkelde berekeningen te maken en kwam na een aantal staartdelingen en derdemachtswortels op een bedrag van 2,25 euro. Ik bleek 10 procent korting van haar gekregen te hebben!
Er werd een prachtige factuurbon uitgedraaid, het doosje diskettes in een linnen tasje gestopt en overhandigd, en onder talloze bedankjes en met de beste wensen voor iedereen die ons lief was, werden we uitgeleide tot aan de deur gedaan.
Wij zakelijke Nederlanders vragen ons ondertussen af waarvan de huur betaald moet worden, om over personeelskosten, gas, water en licht en andere zaken nog maar te zwijgen. Maar de Corfiootse ondernemer maakt zich over dergelijke aardse beslommeringen blijkbaar geen zorgen.