De kleine Napoleon

“Dag Papa!” De meisjes keken nogmaals om naar hun vader. Ze wisten dat hij hen na zou kijken tot ze de hoek om waren gegaan. Inderdaad stond hij nog steeds driftig in de deuropening te zwaaien. Ze staken nog een keer hun hand op, draaiden hun hoofd toen tegelijkertijd om en richtten hun aandacht resoluut op de weg voor hen. Niet meer omkijken, dat zou getuigen van onzekerheid. Er gierden op dat moment allerlei emoties door Anneke en Janneke heen, maar onzekerheid was daar niet een van. Wel hadden ze veel zin om zonder ouderlijke leiding naar de disco te gaan. Beiden trapten wat harder op de pedalen.
Wim keek net zo lang naar zijn fietsende dochters tot ze uit het oog verdwenen waren. Hij draaide zich om en ging naar binnen, teleurgesteld dat ze niet nog een keertje omgekeken hadden. Dat was vroeger wel anders geweest, toen ze nog op de lagere school zaten. Hij liep naar de keuken, waar zijn vrouw bezig was een bos rozen in een vaas te schikken. “Zijn ze weg?”, vroeg ze glimlachend.
“Ja, en ik kan je verzekeren dat ik er niet blij mee ben, Viv”, antwoordde hij met een zuur gezicht.
“Dat weet ik, schat. Maar je moet niet vergeten dat je dochters inmiddels zeventien jaar zijn. Het zijn geen kleine kinderen meer.”
“Geen kleine kinderen meer? Ze zijn niet ‘al’ zeventien, maar ‘pas’ zeventien hoor. Ik begrijp niet dat jij daar zo gemakkelijk in mee gaat met die meiden.” Hoofdschuddend schonk hij zichzelf koffie in.
“Die meiden gaan na de vakantie studeren!” Vivian hief haar handen in een wanhopig gebaar ten hemel. “Mogen ze dan eindelijk een keer zonder hun ouders naar het afscheidsfeest van hun school toe?”
“Dat ze zonder ons naar school gaan, daar heb ik niet zo’n moeite meer mee. Maar waarom wordt dat feest in een disco gehouden? Jij weet toch ook dat daar allemaal tuig komt, dat niet alleen aan de drugs is, maar het ook loopt te verkopen?” Hij probeerde de blik van zijn vrouw te vangen, maar die leek zich nog slechts te concentreren op haar rozen. Niet te geloven. Soms begreep hij haar niet.
“Ik ga nog even computeren”, zei hij meer tegen zichzelf dan tegen wie ook.

Wezenloos staarde hij naar de steeds veranderende taferelen van historische veldslagen op zijn monitor. Zijn lievelings screensaver, maar op dit moment zei het hem niets. Het was drie tegen één geweest toen zijn dochters gevraagd hadden of ze naar het schoolfeest mochten.
“Daar komt niets van in!”, had hij gelijk gezegd, toen ze het te berde brachten.
“Maar van mam mag het!”, hadden ze triomfantelijk in koor geroepen.
Hij had het eerst niet willen geloven. Maar navraag leerde dat zijn vrouw het, tot zijn afgrijzen, goed vond dat twee mooie meiden van zeventien ’s avonds alleen naar de disco gingen. Op de fiets nog wel! Hij had erop gestaan ze dan in ieder geval te brengen en op te halen, maar dat wilden ze niet. Dat konden ze tegenover hun schoolvriendjes niet maken. En zijn vrouw had daar begrip voor.

Met weemoed dacht hij terug aan de tijd dat zijn prinsesjes nog jong en onschuldig waren. Toen was de bescherming van het fort allemaal veel eenvoudiger. De galante edelmannetjes die wel eens aan de poort van zijn burcht stonden te kloppen, waren gemakkelijk af te poeieren. Een simpel “Nee jongens, vandaag niet”, volstond meestal.
Hij zorgde zelf wel voor vertier. Op woensdagmiddag had hij altijd vrij en dan vermaakten zich uitstekend. De meiden hadden ook nooit aangegeven dat ze wat misten. Ach, hij genoot minstens net zoveel van hun gezamenlijke bezoeken aan het zwembad en de dierentuin, of de kinderfilms die bij de videotheek gehuurd werden. Zolang het zich maar allemaal binnen de beschermende en knusse muren van hun huis, of anders binnen zijn gezichtsveld afspeelde. Hij nam een slok van zijn koude koffie. Zijn gezicht vertrok in een grimas.
Op de middelbare school werden er hier en daar kleine bressen in de dikke muren van hun gezinsgeluk geschoten. Al tijdens de tweede jaargang stonden er nogal eens puisterige jonkheren aan te bellen. Allen even gaarne bereid hun kennis van Duitse naamvallen, ingewikkelde staartdelingen en – godbetert – biologie met zijn dochters te delen. Met succes had hij die aanvallen afgeslagen. Met zijn ontwikkeling was niets mis, hij was altijd goed in staat geweest om ze te helpen bij hun huiswerk. En dus voelde hij zich niet beschroomd om de aanstormende horden hunkerende heren weg te sturen.
Soms stuitte dat op licht verzet. Eens hoorde hij een jongeman, die hij vriendelijk maar resoluut de toegang tot zijn veste geweigerd had, tegen zijn wachtende vriend roepen: “Die ouwe lul wil ons er niet in laten.” Hij had zijn dochters verboden ooit nog een woord met die afschuwelijke jongen te wisselen. Dat deed pijn, want volgens Anneke en Janneke was het een bijzonder aardige jongen, maar hij hield voet bij stuk. Tot meer dan dergelijke kleine schermutselingen was het over het algemeen nooit gekomen.
Vanaf de kantelen van zijn bolwerk had hij wel altijd met innig genoegen de verwoestingen om hem heen waargenomen. Vaak vernam hij van ontspoorde kinderen, huiselijke twisten, scheidingen, drugsmisbruik, moord en doodslag binnen gezinnen. De Domesticaanse Veldslagen noemde hij dat altijd glimlachend. Gelukkig kwamen dergelijke tragische toestanden in zijn wereld niet voor.
Als hij dan ook van zijn werk thuiskwam, werd de ophaalbrug snel achter hem gesloten en kwam er niemand meer in. Zijn onderdanen waren gelukkig in hun beschermde omgeving, wist hij.
De slag om Waterloo verscheen op zijn monitor. Hij huiverde onwillekeurig bij het zien van het strijdtafereel.

Tijdens het examenjaar waren er zo nu en dan toch donkere wolkjes aan het firmament verschenen. Kwam het doordat hij een beetje kaal en grijs begon te worden? Op de lagere school hadden de meisjes er nooit mee gezeten dat hij soms voor hun opa aangezien werd als hij ze wegbracht. Pas de laatste tijd ervoeren ze het als hinderlijk, beschamend zelfs. Zeiden ze een paar honderd meter voordat ze bij school waren dat ze het laatste stukje liever gingen lopen. Tja, hij was nu eenmaal veertig toen hij onverwacht nog vader werd van een tweeling.
Juist omdat hij wat ouder was, kende hij de noodzaak om voortdurend een oogje in het zeil te houden. Vooral op het amoureuze vlak was zijn vrouw zo naïef als een kind. Ze vond het bijvoorbeeld prima en leuk dat hun dochters samen met schoolvriendjes huiswerk maakten. Huiswerk, mijn zolen! Hand in hand op de bank TV kijken, dat zul je bedoelen. Te vuur en te zwaard had hij geprobeerd ze van de onjuistheid van hun handelingen te overtuigen. De laatste tijd met tanend succes.
Oké, hij was tien jaar ouder dan zijn vrouw, die er soms wel erg vrije opvattingen op na hield. Toch beschouwde hij zichzelf als een moderne vader. Vivian was net als hij de mening toegedaan dat moeders meestal te toegeeflijk waren.
Daarom verbaasde het hem zo dat zijn vrouw er mee ingestemd had dat de meiden zich aan hun gezag aan het ontworstelen waren. Mijn God, hoe vaak was ze het niet met hem eens geweest dat het buiten hun veilige fort een poel van liederlijkheid en verderf was! Onbegrijpelijk. Was hij zijn greep aan het verliezen?
Hij had nog met omkoping geprobeerd om ze op andere gedachten te brengen. Mochten zij kiezen welk spelletje ze zouden doen. Of wilden ze de nieuwste film van Leonardo di Caprio zien? Via een collega, die in de illegale kopieën zat, moest dat mogelijk zijn.
Tot zijn verdriet en teleurstelling hadden ze geantwoord dat ze uitgekeken waren op het zaterdagavondgevoel, met z’n allen bij het haardvuur, de haartjes nog nat.
En nu waren ze weg. Stonden ze vast en zeker onder felle flikkerende lampen op dreunende beats sensueel te dansen, terwijl een zootje dronken roofridders begerig tegen hen op stond te rijden. Wachtend op hun kans ze te schaken.
Hij keek op zijn scherm naar een tafereel dat de Slag bij Harrisburg afbeeldde. Hij gruwde bij het idee dat zijn leven er inmiddels net zo woest en ledig uitzag.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven